Art 13
Renegade Rudy
RUBRIEK: Intuïtie-Energie    Geplaatst op 26 juli 2014

Even iets heeeel persoonlijks nu. Fuck off, privacy!
In mijn jonge jaren was mijn lievelings tv-serie "Kung Fu" met in de hoofdrol David Carradine. Hij speelde er een vredelievende en gelijkmoedige shaolinmonnik Kwai Chang Caine die in The Wild West mensen redde uit moeilijke situaties, en met zijn filosofie en wijsheid bijstond, en de slechteriken op hun donder gaf op zijn blote voe-ten en met sierlijke bewegingen. En dan weer verder trok, omdat er ten onrechte een prijs op zijn hoofd stond van 10.000 dollar. Kwai Chang de geviseerde, de achter-volgde, die nergens echt welkom was, of zich nergens echt kon hechten. Dat stemde overeen met hoe ik mij voelde. Als jongeman voelde ik mij anders dan de anderen, en hoezeer ik ook mijn best deed om ergens "bij te horen", steeds paste ik er niet bij, en werd als een "outcast" uitgesloten en uitgestoten. Door mijn lange haren viel ik uit de norm, en door mijn rebelse houding viel ik uit de toon. Meer dan eens, mocht ik ergens gewoon niet binnen: in de dancing The Queen bijvoorbeeld waar kleerkast John Massis mij de toegang verbood; in een appartement aan de kust waar ik een schoolvriend kwam bezoeken; of in de ouderlijke woonst van iemand waarmee ik een ganse dag op stap was geweest. Zo maar lukraak drie gekozen voorbeelden uit een lange reeks, waarbij telkens letterlijk en figuurlijk met de vinger naar mij werd gewezen, en werd gezegd: JIJ niet!

Ik werd van het regentaat gesmeten, niet omdat ik geen goed les kon geven of goed met leerlingen kon omgaan, maar omdat ik niet "konveneerde" in het systeem. Mijn eerste lief vond dat ik niet bij haar "paste" omdat ik niet proper en netjes genoeg was. Bij veel werkaanbiedingen werd ik geweigerd omdat ik "niet goed genoeg presenteer-de". In het ouderlijk huis maakte ik ontelbare konflikten mee, vanwege mijn nonkon-formistiese ideeën en levenswandel. Er was maar één iets waar ik met groot genoe-gen uit werd buiten geworpen, en dat was uit het leger; wat ik gezien mijn rijke erva-ring aangaande, dan ook met brio heb kunnen tewerk stellen. Ook later, toen ik met de rationeel-wetenschappelijke denkwijze brak, om mijn intuïtievere vermogens te beginnen verkennen en te ontplooien, lieten mijn rationele vrienden mij als een baksteen vallen, en keerden mij de rug toe ipv te luisteren naar wat ik ervaren had en wou mede delen. Een ideale schoonzoon ben ik nooit geweest: terwijl ik voor mijn vrouw de best mogelijke partner was die zij nodig had, hebben mijn schoonouders mij nooit aanvaard in wie ik was, en hebben zij mij toen hun dochter op sterven lag, letterlijk en figuurlijk opnieuw verworpen.
Hoeveel kan een mens hebben? Ik heb nooit een groot ego gehad, maar die opeen-volgende miskenningen en verwerpingen, hebben bij mij wel hun tol geëist. Ik pro-beerde wel zoals Kwai Chang Caine kalm te blijven, en rustig mijn grieven of ontgoo-cheling uit te leggen. Maar even zoveel keer had men daar "geen oren naar", en was ik genoodzaakt om verder te trekken. Mijn twee "astrologiese tweelingen" (= perso-nen die op exakt dezelfde dag zijn geboren) Luk Bral en Ulrich Bouchard, sleten een leven als een straatmuzikant en een straatdichter; de eerste leefde op straat, en de tweede was in 10 jaar minstens 25 keer verhuisd. Karma.

De geschiedenis herhaalt zich. Rond mijn veertigste verschijnt een nieuwe tv-serie rond Reno Raines, een voortvluchtige ex-politieagent, die (alweer) valselijk beschul-digd is van een moord die hij niet heeft gepleegd. Een rol gespeeld door Lorenzo Lamas. Rond die tijd loop ik ook rond in een zwarte, lange jas, en zijn mijn haren nog steeds lang. De associaties met Reno liggen dus voor het grijpen: dezelfde initialen; psychologies hetzelfde rechtvaardigheids- en vrijheidsgevoel, en een no-nonsense-aanpak. Ik heb evenwel nooit op een biker gereden, en heb ook nooit zo'n sixpack als Lorenzo gehad. Maar het gevoel is hetzelfde: als astroloog en therapeut ben ik weer het "buiten-beentje" die niet past in het schof van de New Age met zijn efemere aanpak en zijn "liever-dan-lief"- omgang. Nergens bijhoren is één ding; nergens acceptabel zijn, evenwel een ander. Ik loop nog steeds grotendeels alleen rond; het heet dan dat ik een "einselganger" ben, maar dat ben ik niét. Mijn moeder verweet mij dat ik een "egoïst" was die alleen aan zichzelf dacht, maar ook dat ben ik nooit geweest. Ik pas gewoon niet in schuiven.

Op een avond overkomt er mij iets vreemds. Ik loop in mijn zwarte jekker de Gentse Feesten bij avond af. Het waait en regent een klein beetje, en de "flappen" van mijn jas flipperen een beetje heen en weer. Ik kijk, en plots zie ik daar tegen een tent een meisje staan. Het licht uit de tent valt precies op haar gezicht, alsof men daar opzet-telijk een spot op had geplaatst. En zij lacht; zij lacht naar mij. Het beeld van de "ideale vrouw" zoals dit in mijn onderbewustzijn leefde, en daar plots als bij tover-slag tot leven wordt gewekt. En op één of andere manier moet ik ook voor haar, zoals ik daar stond, "verlicht" geworden zijn, en sprak ik ook bij haar een archetypies beeld aan. Vraag me niet waarom, maar ik wist toen tegelijk ook dat het dat van de Renegade was. Een erg bijzonder, magies moment. Hoe lang zou het geduurd heb-ben: een paar seconden slechts? Maar ze had al een vriend, dus voelde ik mij alweer een "indringer". Ik bleef daar nog wat rondhangen; ze was in diskussie geraakt met haar vriend over mij, die haar blijkbaar tot de rede had aangespoord. Op zichtsaf-stand, maar toch onbereikbaar "ver". Even had ik een kans om iets tot haar te zeg-gen, maar er zat teveel spanning op, en in smalltalk heb ik als introduktie nooit uit-geblonken. Ook in deze zaken zeg ik wel juist eens dat wat ik beter niét zou zeggen. En in een paar seconden was ook die kans weer weg.

Gisteren heb ik nog eens een furtief bezoek aan de Feesten in mijn geboortestad ge-bracht. Déja-vu tot en met. Dus moest daarbij even aan die nobele onbekende van weleer denken: hoe zou het haar vergaan zijn? Ik hoop voor haar dat ze gelukkig getrouwd is met die mooie jongen die toen haar vriend was. Hun kinderen zullen ondertussen al volwassenen geworden zijn. Zou ze zich dit magies moment nog herinneren, en voor de geest kunnen halen van wat kon zijn, maar nooit geweest is?

Tijd is iet raars: we denken dat "hij" gelijkmatig en linair konstant vooruit gaat, traag maar zeker. Niets is minder waar: het leven ontvouwt zich weliswaar van dag tot dag, maar het heeft meer weg van een opvouwboek. Wanneer de pagina's samengevou-wen worden, wordt de afstand tussen twee randen ineens zeer klein; alsof het "gisteren was". Ik vraag me dus vandaag af, wat er van deze archetypiese vrouw geworden is; deze zeldzame vrouw die voor één keer van mij hield vanwege mijn Renegade-zijn, in plaats van er niét van te houden, zoals gebruikelijk was, en is.

En ondertussen, gaat deze Renegade onverdroten zijn weg verder in deze konformis-tiese wereld, te voet weliswaar. Hij heeft witte haren en een dito baard gekregen, maar dat maakt geen verschil: nog steeds alive and kicking! En de wind waait nog steeds in zijn haren en jas als hij wandelt. Het leven is soms zoals een droom: zo dichtbij, en tegelijk ongrijpbaar; schijnbaar zo veraf, en tegelijk erg helder.

Maar het Renegade zijn tegen wil en dank, mag ondertussen wel stoppen. Het mis-kend worden om wat ik verkeerdelijk niét ben, mag beginnen plaats maken voor erkenning voor wat ik ECHT ben. Dat heb ik immers bewezen met mijn leven.

Voor een klein stukje Renegade-film: zie Hier

En voor een clip over het "outsider-zijn", zie al- Hier