Art 16
RUBRIEK: Astrologie    Geplaatst op 4 juli 2022
Astrologie en bewustzijn

In het vorige artikel heb ik geschreven hoe ik de astrologie en de dingen des levens liever beschouw en beschrijf vanuit mijn holisties denken of rechterhersenhelft-werking. Maar ook ik sta niet altijd even scherp, dus op sommige tijdstippen ben ik al meer geïnspireerd dan op andere, of slaag ik erin het verhaal gevatter en leven-diger te vertellen, dan op andere. Eén van zulke momenten was toen ik het artikel "Bewustzijn en Astrologie" schreef voor de astrologiese vereninging Uranus. Uranus wou vernieuwend zijn, maar alras bleek het gewoon oude wijn in nieuwe vaten te zijn, en door de naam van het tijdschrift -Astrologica potverdorie-, en door de koers die het voerde. Dat artikel van mij was dan ook een "uitschieter" en een anomalie in een "hoop hetzelfde als daarvoor", waardoor Uranus slechts een kort leven was beschoren. Het artikel verscheen in het eerste nummer van maart 1990. Nu de Mercurius van het nu over Uranus in mijn geboortehoroskoop loopt -wat men een transit noemt-, is het een uitgelezen ogenblik om dit op het Net te plaatsen. Ik denk dat het niets aan kracht en aktualiteit heeft ingeboet.

Ik ben me ervan bewust -en dat is geen zinspeling- dat ik door dit onderwerp aan te snijden, platgetreden wegen opga. Nochtans is hier van toepassing wat ook bij tal van andere "afgezaagde" onderwerpen geldt: wat in eerste instantie oud vuil lijkt te zijn, blijkt bij nader inzicht verfrissend aktueel en relevant. Het komt er dan op aan gewoon de stoflaag weg te vegen of de roestlaag weg te krabben om zich ervan te kunnen vergewissen dat wat men argloos op zolder in een vergeethoek had gezet eigenlijk een schat is.

Zo zijn er veel onderwerpen en problemen die we als mens in de loop van ons leven naar de zolder of de kelder van het onderbewustzin verwijzen; we hebben het alle-maal zo druk en moeten nu eenmaal kiezen waarmee we onze geest zullen en willen bezig houden. Tal van specifieke problemen kapteren aldus onze aandacht, en doen naar gepaste antwoorden op gestelde vragen zoeken.

De astrologiebeoefening verschilt hierin niet van de overige beroepsaktiviteiten, met dien verstande: de astrogiebeoefening is een geestesaktiviteit waarbij het kennen, het weten, het verklaren ..... als fundamenteel worden vooropgesteld. Dit maakt de astro-logie onaantrekkelijk voor die mensen, wiens eerste bekommernis NIET dat kennen, weten, ..... betreft.
Dit is iets wat in de astrologiekringen vaak over het hoofd -en dit is wél een zinspe-ling!- wordt gezien: aan astrologie doen, is een mentale aktiviteit, korresponderend met het Element LUCHT; het is voer voor de hersenen. Dus ook de astroloog onder -zoekt de realiteit vanuit het mentale plan. Hij is een denker; hij over-denkt de pro-blematiek die in een bepaalde horoskoop vervat is; hij kommunikeert met zijn kliënt en probeert diens visie om zijn problemen te bekijken en te benaderen, naar een hoger plan van bewustzijn te brengen.

Zijn hulpverlening is dus mentaal: hij "bewerkt" de geest van hem die zijn hulp in-roept. Hij "bewerkt" niet diens lichaam zoals een alternatieve genezer dit doet (AAR-DE), niet rechtstreeks diens emoties (WATER) of diens energeties proces (VUUR). Een hypnotiseur, een chakrahealer, een pragnost werkt met zijn zonnevlecht of le-venspool (onderlichaam). De astroloog met zijn bovenpool of hoofd. Niet voor niets is het beroep van astroloog eigen aan Waterman, en Waterman is een Lucht-Teken. Dit is tegelijkertijd de reden waarom de astrologie vooral in de "intellektuele milieu's" beoefend wordt.

Wat voorafgaat, kan misschien voor het aaneenrijgen van evidenties doorgaan, maar ook hier geldt wat in het algemeen frekwent geldt: wat evident lijkt, is het vaak niet meer in zijn konsekwenties. Zo'n eerste konsekwentie is, dat het bewustzijnsniveau van een persoon NIET uit zijn geboortehoroskoop kan afgeleid worden. Zijn horos-koopdynamiek geeft immers zijn beginpotentiëel, zijn vertrekkapitaal aan mogelijk-heden weer, en de manier waarop hij die bij voorkeur zal ontplooien; maar NIET DE MATE waarin. Dit stelt de astroloog niet alleen voor specifieke problemen in zijn horoskoopinterpretatie, omdat eenzelfde horoskooparsenaal anders kan benut wor-den naargelang de persoon bijvoorbeeld een manuele of een intellektuele job zal uit-oefenen. De persoonlijkheidsstruktuur en de levensproblematiek blijven dezelfde, maar worden op een ander vlak benut en beleefd.
Die "onduidelijkheid" zullen een aantal astrologiebeoefenaars misschien betreuren, want ze maakt van de astrologie een niet-volstrekt ondubbelzinnige en -exakte weten -schap. Het domein van de menselijke geest is nu eenmaal niet een gebied waar men met onbetwistbare bewijzen en kriteria kan werken, zoals men dit wel op het vlak van de materie kan doen. Daartegenover zit hierin tegelijk de noodzakelijke voor-waarde tot menselijke vrijheid in vervat: een persoon heeft de keuze wat hij met dat potentiëel gaat aanvangen. De reden waarom de astrologie geen "eaxakte" weten-schap is, is dezelfde waarom de mens vrijheid bezit. Vrijheid is zoals elke astrologie-beoefenaar weet een typiese Waterman-essentie. Daar waar de astrologie derhalve deterministies beoefend wordt en daarbij de menselijke vrijheid ontkent, gaat ze TEGEN haar Waterman-fundamenten in.

Om de astrologie "wetenschappelijk acceptabel" te maken , doen een aantal astrolo-giebeoefenaars verwoede en prijzenswaardige inspanningen om de astrologie weten-schappelijk te bewijzen. In dit verband schuift men met de regelmaat van de klok het onderzoek van Gauquelin naar voren. Nu, persoonlijk vind ik dat Gauquelin beteke-nisvolle verbanden heeft aangetoond, maar mijn ervaring in debatten en diskussies tussen voor- en tegenstanders van de astrologie, heeft mij anderzijds ook duidelijk gemaakt, dat dit ondanks alles geen verschil maakt. Waarom? Omdat geen enkel statisties onderzoek van de astrologie waterdichte bewijzen zal aanvoeren. Om de goede reden dat de mens geen "waterdicht" wezen is, en dat het leven niet verloopt via rationele modellen volgens dewelke computers funktioneren.

Wat een computer kan, is bliksemsnel analyseren en assembleren; maar geen enkele computer kan een synthese maken. Hij kan bliksemsnel rangschikken en berekenin-gen volgens algoritmes maken, maar geen enkele computer ter wereld kan een ana-logie-verband opspeuren, wat nochtans het fundament is van het esoteries den-ken. We botsen hier met andere woorden op de tweede konsekwentie: als de astro-logiebeoefening een denk-aktiviteit is, mag men niet uit het oog verliezen dat er TWEE manieren van denken bestaan.

Er is het rationeel-causaal-analyties-dualisties denken, dat steeds bewijzen in de stof of in het materiaal vlak van het bestaan zoekt. Dit is de manier waaraan men thans in het Westen gewoon is en in getraind wordt. Toch is dit slechts een manier die vooral de laatste 300 jaar is ontwikkeld geworden, als voorwaarde en noodzakelijkheid van de wetenschaps-ontwikkeling.

Daarnaast bestaat het intuïtief-analogies-synhesies-holisties denken dat in plaats van causale verbanden in het horizontaal vlak der materie analoge verbanden VERTIKAAL tssen de verschillende bestaansvlakken legt. Dit is de natuurlijke ma-nier van denken van Oosterse kulturen die vertrekken vanuit beelden, en van "link-se" kulturen die vanuit de samenhang vertrekken zoals destijds de Keltiese kultuur.

Omdat BEIDE manieren in de astrologie vervat zijn, kroont dit haar tot de "koningin der wetenschappen", zoals Mellie Uyldert dit zo terecht opmerkt. KONKREET bete-kent dit dat men om de astrologie echt te knnen begrijpen zowel zijn linkerhersen-helft of rationele helft, als zin rechterhersenhelft of intuïtieve helft moet gebruiken , of LEREN gebruiken. Meestal is ons intuïtief denken immers stiefmoederlijk behan-deld -om niet te zeggen: onderontwikkeld- en moeten we het léren ontwikkelen. Daarbij KAN de astrologie een manier zijn om dit te leren. Kan, want net zo vaak ge-beurt dit niét. Men beoefent dan horoskopie op een rationele manier, en heeft aldus slechts een HALF bewustzijn van wat astrologie echt is. Want vergeten we niet: de horoskopie is de TOEPASSING van het astrologies DENKEN. Maw: de kwaliteit van de astrologiebeoefening zal afhankelijk zijn van de kwaliteit van dat denken. Precies daardoor botsen we hier op het verschil tussen kennis en wijsheid.

Wat maakt een goede astroloog?

Niet alleen zijn kennis of de beheersing van zijn "stof" -specialisatie is een typiese rationele aktiviteit-, maar ook en in de eerste plaats zijn bewustzijn: het vermogen om de totaaldynamiek van een horoskoop te (door)zien, zijn vermogen om tot de essentie van een problematiek te kunnen doordringen, zijn inzicht. Dit heeft immers betrekking op die andere Waterman-essentie: in een flits (Eureka!) de kern, de es-sentie, de waar-heid kunnen zien. Elke astroloog zou dus in de eerste plaats een wijs man of een wijze vrouw moeten zijn. Het probleem hierbij, is dat we met ons rationeel denken veeleer gewoon zijn van kennis ipv wijsheid te evalueren.

En zo komen we tot onze derde konsekwentie: is het mogelijk om wijsheid aan te leren en te doceren? Is het mogelijk om iemand te leren bewuster te worden? En hierbij denk ik bijvoorbeeld terug aan mijn eigen geschiedenis: wat maakte destijds het verschil uit tussen de Rudy die niet begreep wat de 4 Elementen waren, en de Rudy die dat wél begreep? Een verschil in "kennis" als dusdanig? Neen, want uit nieuwsgierigheid had ik ze al "ter kennis genomen". Ze bleven echter kennissen, ttz aan de "buitenkant" van mezelf; ze werden geen vrienden, ttz waarin ik mezelf kon "herkennen".Ik kreeg er geen werkelijke aansluiting mee: ik begreep hun betekenis, maar niet hun inhoud of "boodschap".

En hier zijn wi bij "onze schatten op zolder" aanbeland: veel mensen die met astrolo-gie "bezig" zijn, zijn zo druk bezig met horoskopen, dat ze vergeten zin waar het wer-kelijk om ging. Niet het verzamelen van kennis, neen, want dan ben je weer bezig je zolder vol te stouwen. Niet met het aanleren van allerhande (nieuwe) technieken, neen, want dan ben je gewoon bezig spinnewebben en stof te produceren. Astrologie zo echter moeten beoefend worden om via het astrologies denken een beter inzicht in de inhoud der dingen te krijgen; kortom om bewuster te worden.

U ziet ik druk mij voorzichtig uit: zou moeten. Want helaas moet ik ook vaak konsta-teren dat veel mensen die zelfs vrij intensief de astrologie beoefenen, geen stap ver-der komen in hun bewustzijnsproces: ze weten meer en meer, maar ze weten niet beter. Men kan dit herkennen aan het feit dat deze mensen eveneens niet vorderen in hun persoonlijke problematiek: ze blijven voor dezelfde bewustzijnsdrempel staan, en maken geen echte progressies (!). Ze blijven steken in de toepassing van talrijke vormen, zonder toegang te krijgen tot de inhoud die erin vervat zit. Men zou ook kunnen zeggen: ze blijven voor een gesloten deur staan, en slagen er niet in die te openen. Voor hen die met astrologie vertrouwd zijn, roept dit het beeld van die fa-meuze Poort van Saturnus op: andermaal een welbekend gegeven maar niet begre-pen in zijn konkrete toepassing wat de beoefening van de astrologie zélf betreft. De astrologie als "uiterlijke" kennis, als een verzameling van labels en technieken, be-vordert kennis en geen bewustzijn en is dus een Saturnale astrologiebeoefening.

Waar ligt het knooppunt dan? Waaruit bestaat het Uranus-geheim om die Saturnus -poort open te wrikken?

Dat leidt ons naar de vierde en laatste konsekwentie: bewustzijn wordt vanuit de ra-tionele visie al teveel geïdentificeerd met kennis. Vanuit die optiek staat onbewust gelijk aan wat (nog) niet gekend of onbekend is, en wordt het NIVEAU van ontwik-keling bepaald door de hoeveelheid kennis. Hoe meer men weet hoe verder men staat, zogezegd want hoe erudieter men is. Bewust-zijn is echter méér dan weten of ge-weten (!) hebben: wat kwantificeerbaar en rubriceerbaar is, valt onder Saturnus. Bewustzijn is echter een ZIJNs-funktie, ttz geen kwestie van kwantiteit (meer we-ten), maar van kwaliteit: het niveau waarop men zijn kennis beleeft en toepast.

Een bepaalde (bewstzijns)inhoud blijft derhalve ONTOEGANKELIJK zolang men de overeenkomstige bewstzijnsdrempel niet heeft overschreden OM haar te kunnen be-grijpen. Men kan haar niet begrijpen, niet omdat men "dom" zou zijn, maar omdat men geen toegang vindt tot de inhoud ervan. Wat materiëel is kan men horizon-taal verzamelen: van bezit tot rijkdom en kennis. Maar voor groeiprocessen moet men trappen nemen en dus vertikaal omhoog gaan. Het verschil tussen kennis en bewustzijn is analoog als het verschil tussen kijken en zien: als men louter naar de fysieke vorm kijkt, kan men de inhoud ervan niet (in)zien, waarvan de vorm "drager" is. Het is ook hetzelfde verschil als dat tussen horen en luisteren: wanneer men louter accoustiese signalen opvangt, dan begrijpt men hun boodschap niet die ze willen meegeven. Er is vanalles wat "ontsnapt" omdat met met zijn aandacht te-veel op de vorm gefocust is, en niet op de inhoud die erin "ver-vat" is. Het gaat hem echter niet om de specifieke "verpakking", het etiket, het label, of hoe men het ook moge benoemen. Niet in het Leven en niet in de astrologie. Elk groei- en bewust-zijns-proces gaat van binnen-uit: voeling krijgen met de astrologiese inhouden be-gint dus met ze te herkennen BINNEN zichzelf. Daarop wijst de analogie "Zo boven, zo beneden".